Eerstejaars-ziektewet beoordeling

De Eerstejaars Ziektewet-beoordeling vindt plaats aan het einde van het eerste jaar waarin u ziek bent. Rond de 44e week vindt de beoordeling plaats. Van tevoren zult u hier een uitnodiging voor ontvangen van het UWV. De beoordeling wordt gedaan door een verzekeringsarts. Hij beoordeelt uw gezondheid en de aard van uw klachten. Indien de verzekeringsarts van mening is dat u nog in staat bent om te werken, krijgt u een opvolgend gesprek met een arbeidsdeskundige. Kunt u 65% of minder verdienen van het loon dat een gezond persoon met een vergelijkbare opleiding of ervaring kan verdienen? Dan krijgt u (nog steeds) een Ziektewet-uitkering. Kunt u meer dan 65% verdienen? Dan stopt de Ziektewet-uitkering. 

Bij deze beoordeling wordt niet enkel gekeken of u in staat bent om uw eigen werk terug op te pakken, maar ook of u binnen ander werk benutbare mogelijkheden heeft. Er wordt een verdiencapaciteit bepaald. Het tweede jaar van de ziektewet is dus een stuk strenger. Hoewel het eerste jaar van de ziektewet vooral om de medische sitautie draait, draait het tweede jaar om de economische situatie. Het tweede jaar van de ziektewet kan dan ook gezien worden als een loondervingsverzekering. 

De beslissing van UWV ontvangt u voor het einde van het jaar. Indien u het niet eens bent met de beslissing, kunt u bezwaar aantekenen en daarna eventueel in beroep gaan. 

Kunnen wij u helpen?
Heeft u vragen over Sociale zekerheid of Wmo